Twee flutbackpackers op reis

“Tja, dat is de charme van backpacken”, hoor ik mezelf nog zeggen. Ha, wat een grap. Stoere praatjes vullen geen gaatjes. Noch backpacks. Dus daar zat ik, tussen een hoop broekjes en shirtjes en truien en sokken. ‘Es even kijken, kleding die geschikt is voor 5 en 35 graden. Makkie, toch? Niels keek toe vanaf een stoel die hij speciaal voor de gelegenheid had geïnstalleerd, en nam de regels nogmaals door: “Maximaal vijf t-shirts, twee korte broeken en één warme trui”, somde-ie op. Zijn wijsvinger bungelde streng in de lucht. Ik moest stiekem een beetje gniffelen, maar Niels gezicht bleef strak in de plooi. Eén grijze, twee witte en twee zwarte shirts legde ik apart. “Wat een vrolijke vakantiekleuren hè”, riep ik gekscherend. Niels bleef strak in zijn rol. Maar toen-ie even niet oplette, propte ik snel nog een shirt met bloemetjes en een kek luipaardjurkje onder de stapel. “Wat is dit?” riep Niels plots vinnig toen we bij de slipjesafdeling beland waren. “Ga je een modeshow lopen? Je komt er toch niet om mooi te zijn?” Boos slingerde ik het jurkje door de kamer. “Ik mag ook helemaal niks”, riep ik, waarna ik onder luid gekrijs op de grond ging liggen en driftig om me heen sloeg en schopte. 

Grapje, dat laatste deed ik niet. Maar met elk truitje, broekje of hemdje dat met geweld in de hoek van de slaapkamer geslingerd werd, werd de sfeer grimmiger. “Oh, dus nu ben jij, naast backpackspecialist, ook ineens de expert op het gebied van vrouwenzaken?” snauwde ik toen ik volgens Niels best met één bakje tampons kon. Er werd gevloekt, getierd, gejammerd en… gepropt. Totdat het paste. Hoera!

Niels tas zouden we later wel even doen. “Is geen werk joh. Daar hoef je niet bij te helpen.” Maar na een uurtje hoorde ik een wanhoopskreet van boven: “het gaat nóóit passen.” Natuurlijk kwam ik meteen aangesneld (stiekem heb ik ‘m nog even laten zweten. Ik bedoel, dat deed hij ook bij mij.) Maar ik ben de minste niet, dus toverde ik mijn UPS, oftewel Unique Packing Skills, uit mijn hoge hoed. Waar die hoed gisteren was? Het is me een raadsel. Hoe dan ook, in vijf minuten pakte ik Niels backpack in. Ja echt, ik was zelf ook onder de indruk. Nu nog maar één nachtje slapen en dan…

Met elk truitje, broekje of hemdje dat met geweld in de hoek van de slaapkamer geslingerd werd, werd de sfeer grimmiger

Veertien kilo later vlogen we naar onze eerste bestemming: Buenos Aires. Gistermiddag zaten we samen op het terras in de warme zon in de wijk Recoleta. “Zouden we het dan niet kunnen?” zei Niels plots. Ik vroeg hem wat-ie bedoelde. “Nou, backpacker zijn. Ik bedoel, wij kunnen hier de hele dag blijven zitten. We hoeven niet zo nodig overal bij te zijn.” Even schoot ik in de verdediging. Zoals ik altijd doe als mijn ‘backpackerskeuzes’ worden bekritiseerd. Dat gevoel, die bewijsdrang, de druk om het goed te doen. Om backpacker te zijn. Altijd op zoek naar actie, naar uitdaging: nieuwe mensen ontmoeten, een biertje drinken op dat ene strand, naar een feestje in het hostel, de zon op zien komen op die berg. Zouden wij dat ook niet moeten willen?

Misschien zijn wij geen echte backpackers, omdat we onze eigen kussenslopen mee hebben die ruiken naar Zwitsal. Of omdat we elke dag even douchen. Of omdat we tweepersoonskamers verkiezen boven dorms. Of misschien zijn we geen echte backpackers, omdat we nog nooit eerder samen gereisd hebben. Of omdat dit pas mijn tweede reis is. Misschien is het een naam, een titel, die je moet verwerven.

Dat gevoel, die bewijsdrang, de druk om het goed te doen. Om backpacker te zijn

Ik weet het niet. “Maar wat maakt het uit”, zei Niels. En hij heeft gelijk. Ik bedoel, wie bepaalt de regels? Voor mij betekent backpacken terug naar de basis met dat ultieme gevoel van vrijheid als doel. Los van alles en iedereen. Zonder al teveel poespas. Geen meningen, druk, prestaties. Alleen jij, die backpack en de wereld om je heen. We houden van urenlang mensen kijken op een terras. Van lange wandelingen door de natuur. Van picknicken bij een waterval. Van fietsen door gekleurde straatjes. Van verlaten stranden. Van bijzondere gezichten. Van wonderlijke verhalen, culturen, dieren, planten, mensen. Van elkaar begrijpen zonder te praten. Van samenzijn. Samen alleen. Dit is onze reis. Wij bepalen de regels. En het wordt zwaar en mooi en rauw en moeilijk en prachtig en verdrietig en te gek. Maar het wordt bovenal van ons. 

En hé, we doen ‘t al lerende. “Voor onze volgende reis nemen we alleen een daypack mee,”zei Niels vanochtend toen ik steigerend de trap af strompelde met mijn backpack op mijn rug. Ik knikte instemmend. “Maar dan gaan we wel naar de tropen, oké?”

1 Comment Twee flutbackpackers op reis

  1. Marten Oosterhof oktober 8, 2018 at 2:53 pm

    I like it all!

    Netram fohretsoo

    Reply

Leave A Comment

Het e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *